Verloop

Na beschadiging van de vaatwand treden bepaalde processen in werking.

1. Vasoconstructie

Rond de beschadiging treedt een samentrekking van de vaatwand op (vasoconstructie). Door deze tijdelijke vgaatvernauwing ontstaat een stolsel en blijft het bloedverlies beperkt.

Exit fullscreen

2. Adhesie

De passerende bloedplaatjes komen in contact met eiwitten die onder de beschadigde binnenbekleding van de vaatwand liggen. Hierdoor kleven ze aan de vaatwand. Dit proces noemen we adhesie.

Exit fullscreen

3. Stollingscascade

Bij de start van het stollingsproces treedthet remmingsmechanisme in werking en stopt het stollingsproces. Het stollingsproces blijft beperkt tot de beschadigde celwand. De werking van de stollingsfactoren in het stollingsproces noemen we stollingscascade.

Exit fullscreen

4. Fibrinolyse

Het eiwit trombine zorgt voor de omzetting an fibrinogeen in fibrine. Fibrine vormt een stevig netwerk van draden. Tijdens het herstel van de vaatwand wordt het stolsel weer opgeruimd. Het oplossen en afbreken van fibrine noemen we fibrinolyse.

Exit fullscreen